Beeld: Elgato / Corsair
Plug-and-play
Met de Neo-lijn maakt Elgato streaming-gear voor de massa
Beeld: Elgato / Corsair
Geeky in een Apple-esk jasje
Elgato maakt sinds jaar en dag AV-accessoires die vooral aanslaan bij gamers. Je console-gameplay op je pc opnemen? Pak een Elgato 4K60 game capture-kaart. Verlichting voor je live-streams? Elgato Key Lights. Extra knoppen binnen handbereik? Elgato Stream Deck. Maar al deze producten waren dan ook echt gericht op gamers en content creators. Nu probeert het bedrijf een nieuwe doelgroep aan te spreken met de Neo-lijn, die vertrouwde producten in een nieuw en versimpeld jasje steekt. Tijd om kennis te maken met de verschillende producten.
Het concept van de Neo-lijn van Elgato producten is relatief simpel: in de productgroepen waar ze al actief waren, versimpelde versies maken in een strak design. Alleen de timing is misschien wat vreemd, want het voelt alsof dit perfect was geweest aan het begin van de pandemie. Dat wil niet zeggen dat de producten niet welkom zijn op een modern bureau, maar het lijkt wel alsof de Neo-lijn zijn moment heeft gemist.
De Neo-lijn van Elgato bestaat uit een vijftal producten, waarvan wij er ondertussen vier hebben mogen testen. Dit zijn de Wave Neo-microfoon, de Game Capture Neo, de Stream Deck Neo en de Key Light Neo. De Facecam Neo-webcam moet nog op de deurmat vallen, dus die laten we voor nu buiten beschouwing, maar zullen we toevoegen wanneer deze getest is.
De Wave Neo mept boven zijn prijsklasse
Laten we maar meteen met de grootste verrassing van start gaan, want de Wave Neo USB-microfoon wist mij met zijn kwaliteit enorm te verrassen. Deze condensatormicrofoon wordt in een compleet pakketje geleverd met een USB-C-naar-A-kabel, verstelbare bureaustandaard en meegeleverde, opklikbare popfilter, waardoor je meteen klaar bent om een videocall of livestream in te duiken. Voor het gemak vind je aan de voorkant een touch-knop om de microfoon op stil te zetten en aan de achterkant een 3,5 millimeter hoofdtelefoonaansluiting voor je hoofdtelefoon.
Daarbij geeft de microfoon een fijn, helder geluid, dat fluctuaties in je geluidsniveau goed in toom weet te houden. Het geluid is vooraf al door Elgato afgestemd, zo zeggen ze zelf, waardoor speciale software ook niet verplicht is, waarover later meer. De microfoon klinkt dan ook een stuk luxer dan dat de prijs van 99,99 euro doet vermoeden – helemaal in verhouding tot andere USB-microfoons, die een stuk meer kunnen kosten.
Ik durf de microfoon in ieder geval zonder problemen bij podcasts en livestreams in te zetten, iets waar ik zelf nogal selectief in kan zijn. Mijn enige echte kanttekening is dat de audioaansluiting op de achterkant van de microfoon geen monitoring geeft. Je kunt je eigen stem dus niet terughoren, alleen de audio die uit je systeem komt wordt via de aansluiting afgespeeld.
De Game Capture Neo maakt game-opnames voor iedereen toegankelijk
Dit is misschien wel de vreemde eend in de bijt voor een line-up die zich vooral richt op thuisbureaus en kantoorgebruik, want er is maar een heel klein clubje mensen dat in een (semi-)professionele setting gameplay-beelden op moet nemen. Desondanks is de externe capture-kaart een leuke toevoeging aan het assortiment dat gameplay-opnames van hoge kwaliteit beschikbaar maakt voor een grote groep mensen, met een adviesprijs van 129,99 euro.
Het relatief simpele kastje bevat slechts drie in- en uitgangen: een HDMI-ingang met ondersteuning voor maximaal 4K-beelden met 60 frames per seconden, een USB-C-uitgang richting je computer en een HDMI-uitgang die het beeld ook weer in originele resolutie door kan sturen naar je monitor of tv. De beelden die uiteindelijk op je opnameapparaat binnenkomen, zullen teruggeschaald worden naar 1080p met 60 frames per seconde. Dit is minder dan bij de duurdere Game Capture-modellen (de HD60 X kan bijvoorbeeld 1080p met 120 frames of 4k met 30 frames opnemen), maar dat zal in de meeste doeleinden voldoende zijn.
Ik zeg hierboven bewust een opnameapparaat in zijn meest generieke vorm, want met de Game Capture Neo hoeft dit niet per se een computer of laptop te zijn. De capture-kaart ondersteunt namelijk ook iPads, waardoor je gemakkelijk ook je gameplaybeelden vanaf een tablet opneemt of livestreamt. Zo staat je eigenlijk niets meer in de weg om je beelden publiek te maken.
Wat op de computer wel opviel, is dat in de Game Capture-software een kleine vertraging zit op de beelden, waardoor bij opnemen het doorvoeren wel een must lijkt. Daarentegen leek deze vertraging compleet verdwenen te zijn wanneer je de capture-kaart als bron aan streaming-software als bijvoorbeeld OBS Studio toevoegt. Zo kun je dus ook prima met een enkel beeldscherm tegelijk gamen en live streamen.
De Stream Deck Neo is een micro-macro-pad
De Stream Deck is mogelijk Elgato’s belangrijkste product geweest de afgelopen jaren. Het apparaat met display-toetsen om gemakkelijk applicaties op te starten en acties uit te voeren heeft voor veel fanatiekelingen hun workflow veranderd. Met de Stream Deck Neo brengt Elgato deze handige gadget naar de massa, in een doorontwikkeld ontwerp met fijne verbeteringen.
Op de Stream Deck Neo vinden we opnieuw acht transparante toetsen met daarachter een display om in te stellen, zoals we ook bij de Stream Deck Mini al zagen. Een nieuwe toevoeging vinden we er echter onder, in de vorm van een info bar en twee tiptoetsen. Deze infobalk kan gebruikt worden om bijvoorbeeld de tijd weer te geven, alsook welke pagina er actief is. De tiptoetsen kunnen gebruikt worden om weer gemakkelijk tussen de pagina’s te wisselen zonder dat je daarvoor een losse knop hoeft op te offeren.
Voor mensen die al bekend zijn met de Stream Deck zal de nieuwe Neo-versie relatief weinig grote veranderingen met zich meebrengen, maar voor mensen (zoals ondergetekende) die nog nooit een Stream Deck op hun bureau hebben gehad, is het een verademing. Het is heerlijk om met een enkele druk op de knop applicaties of games op te starten, maar ook gecompliceerdere acties uit te voeren. Zo start ik met een enkele druk direct alle software op die nodig is voor het opnemen van een podcast of wissel je dankzij plugins moeiteloos tussen bijvoorbeeld livestream-scènes. Met een adviesprijs van 99,99 euro is dit misschien wel hét product om je bureau een stukje de toekomst in te helpen.
De Key Light Neo maakt iedere videocall profi
Het is de meest in het oog springende toevoeging van je setup: de lamp boven op je beeldscherm of laptop in de vorm van de Key Light Neo. Maar ondanks zijn aanwezigheid is het resultaat subtiel maar prettig, want de lamp zorgt voor diffuus licht op je gezicht, wat je eigenlijk in iedere situatie beter voor de camera laat verschijnen.
Dat is vooral te danken aan de diffusielens die voorop de Key Light Neo zit. Deze ingebouwde plaat ‘melkglas’ zorgt ervoor dat de LED-lampjes in het apparaat een zacht licht verspreiden dat de schaduwen van je gezicht minder maken. Rondom de lichtbron zitten vier knoppen om de Key Light Neo te bedienen: een aan-uitknop, een draaiknop om de helderheid en lichttemperatuur aan te passen en twee knoppen voor voorkeursprofielen.
De lamp zelf gaat standaard tot 400 lumen op een standaard USB-A-verbinding, maar kan middels USB-C of een stekkerblokje opgeschroefd worden tot maximaal 700 of zelfs 1000 lumen – meer dan de Key Light Mini met 800 lumen. In mijn geval was dat niet nodig, maar het is fijn om te weten dat die opties er zijn. Daarbij wordt de Key Light Neo ook geleverd met een voet die ervoor zorgt dat je de lamp makkelijk bovenop je beeldscherm of laptop plaatst. Het plakrandje onderaan de voet zorgt ervoor dat deze niet zomaar van je monitor af valt.
Met een adviesprijs van 99,99 euro is de Key Light Neo misschien het minst makkelijk te verantwoorden voor jezelf of richting de baas. Als je echter regelmatig professionele presentaties moet geven, video’s maakt of livestreamt, is het zeker de overweging waard om je setup met een dergelijk lampje uit te breiden.
Software overkill
Over de geteste producten van de Elgato Neo heb ik weinig schokkende op- of aanmerkingen, helemaal gezien de adviesprijzen die ze hebben en de doelgroepen die ze proberen te bereiken. Mijn voornaamste issue zit in de hoeveelheid software die Elgato aanbeveelt. Hoewel zowel de Key Light Neo als Wave Neo in de basis standaard te gebruiken zijn, is er voor elk product losse software beschikbaar.
Dat wil zeggen dat als je zoals wij vier of vijf producten uit de lijn op je bureau hebt staan, je ook minstens evenveel stukken software wilt installeren. Software die allemaal standaard opstart wanneer je pc aangaat en dus voor extra overhead zorgt. Je lamp finetunen? Dan heb je Elgato Control Center nodig. Je audiokanalen beheren? Start dan de Wave Link-software maar op. Een knop toevoegen? Open de Stream Deck-software.
Mijn bezwaar schuilt daarbij niet in het feit dat er software nodig is – dat snap ik als geen ander – maar de hoeveelheid apps is compleet krankzinnig voor mijn gevoel. Dit had prima één overkoepelende Elgato-app kunnen zijn, van waaruit alles beheerd wordt. “Maar er zijn zoveel verschillende componenten en ik heb niet alles”, hoor ik je misschien denken.
Terecht, maar dat valt prima op te lossen met modules. Als de app ziet dat je een Stream Deck hebt gekoppeld, laat dan de Stream Deck-module automatisch downloaden en toevoegen. Zelfde voor de verlichting, de microfoon of capture card. Dan ontstaat er in ieder geval niet zo’n wildgroei aan applicaties.
Al met al heeft Elgato met de Neo-lijn een prettige set producten ontwikkeld die zowel gamers als niet-gamers aan zal spreken in verschillende situaties. De relatief zachte prijs voor de losse producten zorgt ervoor dat er voor de meeste gebruikers wel een fijne oplossing bij zal zitten, al is de complete set met een prijskaartje van meer dan 500 euro misschien wat gortig. Alleen de software-situatie laat nog te wensen over, maar zoals met alle software is dat door Elgato te overkomen, als ze willen.