The Surge
Souls-like, het klinkt een beetje als een nieuwe vorm van yoga of experimentele jazz. Fans van de games van From Software zullen weten dat de term verwijst naar games die gebaseerd zijn op de Souls-serie. Souls-like games als Bloodborne, Nioh en Eitr zijn action-rpg’s met een nadruk op ontdekking, intens moeilijke combat en een beklemmende sfeer. The Surge van ontwikkelaar Deck 13 interactive mag zich ook in dit rijtje voegen.
Deck 13 is niet onbekend met de Souls-like games. In 2014 bracht de studio Lords of the Fallen uit, ook een game die duidelijk geïnspireerd was door de Souls-serie. Hoewel de game geen slechte recensies kreeg, was middelmatigheid een veelgehoord verwijt. Nu, drie jaar later, komt de studio met The Surge, een science fiction variant op de Souls-like games. Is The Surge een waardevolle toevoeging aan dit nieuwe subgenre, of een schaamteloze kopie van de originele games?
Wereldverbeteraars
In The Surge kruip je in de huid van Warren. In het intro van de game zie je hoe Warren zich opgeeft voor Project Resolve, een project van het idealistische bedrijf CREO. Terwijl hij in de metro op weg is naar zijn eerste werkdag krijg je overenthousiaste praatjes te horen over het bedrijf en de te verrichten werkzaamheden. CREO is namelijk een bedrijf dat er op gericht is klimaatverandering tegen te gaan en de toekomst van de mensheid veilig te stellen; een bedrijf met niets dan goede bedoelingen.
Als het tijd is om uit te stappen kom je er als speler achter dat Warren in een rolstoel zit. Naast het verbeteren van de wereld en het klimaat is CREO er ook op gericht de mensheid te ‘verbeteren’. Daarom krijgen alle medewerkers van CREO een soort robotisch exoskelet, een zogenaamde Rig, aangemeten, waarmee Warren weer zou kunnen lopen. Echter, bij het installeren van Warren’s Rig gaat het flink mis. Als je weer bij bewustzijn komt kun je inderdaad lopen, maar heerst er chaos in de CREO fabriek en word je van alle kanten aangevallen door robots.
Focus op actie
Na het sterke intro verdwijnt het verhaal naar de achtergrond en word je direct middenin de actie gegooid. Er zijn nog wel wat verhaalelementen te vinden in de game, in de vorm van NPC’s die je kunt helpen en audiologs die je kunt verzamelen. Hoewel sommige van de verhalen die zich in The Surge ontvouwen redelijk interessant zijn en het verhaal naar het einde toe steeds beter wordt, draait het toch voornamelijk om de actie.
Gelukkig is de actie één van de sterkste punten van The Surge. De combat werkt voor een groot gedeelte hetzelfde als Dark Souls. Je hebt verschillende soorten melee wapens, enorme zware zwaarden, staven, kleine snelle steekwapens en nog veel meer. Met je wapen in je hand draai je om je tegenstander heen en probeer je een gaatje in zijn dekking te vinden, terwijl je zijn aanvallen blokkeert of ontwijkt. Bij dat alles is moet je nauwgezet je staminameter in de gaten houden, want zonder stamina ben je machteloos.
Rondvliegende ledematen
Wat de combat van The Surge uniek en enorm bevredigend maakt, is dat je aanvallen met de rechter analog stick kunt richten op een specifiek lichaamsdeel. Daarnaast kun je in plaats van de gebruikelijke lichte of zware aanval in The Surge een horizontale of verticale klap uitdelen. Dit is van belang, want met een verticale klap raak je makkelijker een hoofd, terwijl een horizontale klap eerder een been eraf hakt. Bovendien krijg je later in de game de beschikking over een drone waarmee je ook nog de nodige schade aan kan richten.
Bepaalde lichaamsdelen van vijanden zijn onbeschermd, waardoor vijanden sneller het lootje leggen als je je aanvallen hierop richt. Als je een aanval echter bijvoorbeeld op een gepantserde arm richt krijg je de mogelijkheid om deze middels een heerlijk brute finishing move af te hakken. Dit is in The Surge de manier om loot te verzamelen. Wil je dat coole wapen dat je vijand draagt hebben? Richt je aanvallen op de arm waarmee hij het wapen draagt, hak hem eraf en je krijgt de schematics voor het wapen.
Dit dwingt je om constant een keuze te maken: ga ik voor de makkelijke optie en richt ik mijn aanvallen op onbeschermde delen, of ga ik voor de high-risk high-reward aanpak en pak ik de moeilijker te raken gepantserde delen. Op deze manier daagt The Surge je constant uit nét iets meer risico te nemen dan je eigenlijk zou willen.
Schroot verzamelen
De schematics die je op deze manier verzameld kun je vervolgens in gear omzetten bij een OPS center. Die OPS centers vervullen in The Surge de rol van bonfires; plekken van relatieve kalmte waar je aan je gear kunt sleutelen, met NPC’s kunt praten en kunt levelen. Dit levelen doe je middels tech scrap, de valuta van de game, die je verdient door vijanden te verslaan. Deze tech scrap lever je in bij de medbay van je OPS center. Als je meer tech scrap verzamelt, kun je betere implantaten voor je Rig equippen en betere wapens en gear dragen.
Als je doodgaat voordat je je tech scrap hebt kunnen inleveren bij een medbay, blijft het liggen op de plek waar je gesneuveld bent. Sterf je voordat je je verloren tech scrap bereikt, dan ben je je zuurverdiende tech scrap definitief kwijt. Dit zal Dark Souls-spelers bekend voorkomen. De twist die The Surge hieraan meegeeft is dat er een timer gaat lopen zodra je een OPS Center verlaat. Komt de timer op nul, dan ben je ook je tech scrap kwijt. Dit zorgt voor heerlijk spannende momenten. De tijd is bijna om en je ziet je tech scrap in de verte liggen. Plotseling komt er een vijand om de hoek die je was vergeten en zit je midden in een gevecht, terwijl je de tijd langzaam weg ziet tikken.
Als je veel tech scrap weet te verzamelen en deze niet meteen inlevert bij de medbay, dan zullen de beloningen voor het verslaan van tegenstanders steeds hoger worden. Ook hier stelt The Surge je voor een keuze: speel ik het veilig en breng ik nu al mijn tech scrap terug, of ga ik nog even door, met het risico alles kwijt te raken.
All beauty, no brains
Dankzij het gevarieerde aanbod aan vijanden is het verzamelen van tech scrap nooit een vervelende klus. Zo zijn er de pijlsnelle schorpioenachtige combat robots, security medewerkers met shield drones en elektrische speren en terminator-achtige Protheus robots, die weer opstaan nadat je ze de eerste keer verslagen hebt. Iedere vijand vereist dat je zijn aanvalspatronen bestudeerd en je speelstijl erop aanpast. Ongeduldig spelen of slecht opletten wordt genadeloos afgestraft.
Een minpunt wat betreft de vijanden is de matige AI. Vijanden hebben vaak niet door dat je er bent tot je vlak voor ze staat en ze stoppen na een paar meter al je te volgen. Hierdoor is het vrij makkelijk om door een level langs alle vijanden heen te sprinten zonder dat je daarbij al te veel kleerscheuren oploopt. Ook is het me meerdere malen gebeurt dat een vijand midden in een gevecht besloot terug te lopen naar de plek waar hij vandaan kwam.
Van matige AI is overigens geen sprake bij de flink pittige boss battles. The Surge gaat een stuk spaarzamer met boss battles om dan Dark Souls, maar dit zorgt ervoor dat de paar bosses die erin zitten extra intens zijn. Eén van de latere boss battles bevindt zich op het randje van ‘is dit nog wel leuk?’, maar dat zorgt ervoor de bevrediging bij het verslaan van de betreffende boss des te groter is. Bovendien hoort het bij een game als The Surge om een aantal keer binnensmonds vloekend je controller nog net niet door de kamer te gooien, als je voor de dertigste keer op een onnodige manier het onderspit delft tegen een eindbaas.
Post-apocalyptisch labyrinth
Naast de combat is level-design één van de belangrijkste elementen van een Souls-like game. Ook op dit vlak stelt The Surge zeker niet teleur. De game ziet er in de eerste plaats schitterend uit op de PlayStation 4. Deck 13’s eigen FLEDGE engine zorgt ervoor dat de CREO fabriek echt tot leven komt. Van de lichteffecten in claustrofobische kleine gangetjes met aan weerszijden loshangende elektrische draden tot post-apocalyptische vergezichten over de verwoeste fabriek; visueel gezien maakt de game een sterke indruk.
Bovendien heeft de CREO fabriek heeft een lekker beklemmend sfeertje. Overal waar je kijkt ligt kapotte technologie, met daartussen de bloedsporen en lijken van medewerkers. Op de muren zijn onheilspellende teksten gekalkt en op de achtergrond hoor je regelmatig gebonk, voortgebracht door doorgedraaide collega’s van Warren die met hun kop tegen een metalen deur staan de slaan. Ook het feit dat de computerstem je bij het verlaten van het veilige OPS center op uitermate cynische wijze succes wenst, draagt helemaal bij aan de sfeer.
De manier waarop de levels in elkaar zitten is misschien nog wel indrukwekkender. In echte Metroidvania-stijl grijpen de levels op ingenieuze wijze in elkaar. Zo kun je uren aan het ontdekken zijn waarna je door een goed geplaatste shortcut ineens weer voor het OPS center staat waarvandaan je vertrokken was. Het feit dat de game je geen fast travel optie en slechts sporadische geplaatste, schematische maps biedt, zorgt ervoor dat je de manier waarop de levels in elkaar zitten eigen zult maken om succesvol van punt A naar punt B te kunnen navigeren. Het moment dat je echt door begint te krijgen hoe een level precies in elkaar zit en hoe je de shortcuts goed kunt gebruiken, is bijna net zo bevredigend als het verslaan van een moeilijke eindbaas.