Super Mario Party
In 2015 introduceerde Nintendo het tiende deel in de Mario Party-serie, maar daarmee leek de game ook direct een dieptepunt te hebben bereikt. De gameplay was saai geworden en de focus op amiibo hinderde de flow van het bordspel. Na drie jaar maakt de serie zijn opwachting op de Nintendo Switch met Super Mario Party, waarbij Nintendo veel nieuwe dingen probeert. Het gebeurt echter iets te vaak dat de dobbelsteen van tafel vliegt in dit nieuwste deel…
Mario Party is al sinds het begin van de serie een titel die het beste gespeeld kan worden met drie (op dat moment nog) vrienden op de bank. Vanaf daar worden de dobbelstenen gegooid, sterren gestolen en vriendschappen verbroken. Ook in Super Mario Party is dat natuurlijk het geval, al doet Nintendo zeker moeite om het ook voor solo-spelers leuk te maken. Daarom hebben we de game met zowel crew-leden als computergestuurde bondgenoten gespeeld om een zo volledig mogelijk beeld te krijgen.
Risk en reward
Centraal in Super Mario Party staat natuurlijk de aloude Mario Party-modus, waarbij vier spelers het veld betreden om te strijden voor de meeste sterren en als overwinnaar het spelbord af te stappen. In de basis is hier weinig aan veranderd: je gooit om beurten een dobbelsteen, zet stappen op het bord en verzamelt muntjes om ze uiteindelijk in te wisselen voor een ster. Tal van veranderingen aan de gameplay zorgen gelukkig wel voor vernieuwing in de reeks.
Als eerste is Nintendo tot de conclusie gekomen dat iedereen in hetzelfde wagentje stoppen terwijl deze over het bord rond rijdt niet de beste manier is om Mario Party te spelen. Daarom keert de game weer terug naar het oude systeem, waarbij iedere speler individueel over het veld gaat op weg naar sterrendom. Nieuw daarbij is dat je nu meer keuze krijgt in de dobbelsteen die je gooit. Niet iedere dobbelsteen is immers hetzelfde, waardoor ieder personage zijn eigen unieke dobbelsteen heeft gekregen in aanvulling op de klassieke 1 – 6 dobbelsteen.
Deze unieke dobbelstenen voegen een compleet nieuwe dynamiek aan de game toe, die ervoor zorgt dat je zorgvuldiger na moet denken over je volgende stap. Zo heeft Mario een all-round dobbelsteen met kans op een 1, 3, 3, 3, 5 en 6, wat nuttig kan zijn voor kleine stapjes voorwaarts. Bowser heeft daarentegen een veel grotere risk-reward factor met 1, 8, 9 en 10, maar ook twee zijden die ervoor zorgen dat je drie muntjes verliest.
Om je meer keuze te geven tijdens je worpen, heb je gedurende het spel de kans om allies te verzamelen. Dit zijn de personages uit de game die op dat moment niet actief zijn op het bord. Je allies volgen je niet alleen gedurende het spel, maar geven je ook de mogelijkheid om hun persoonlijke dobbelsteen te gebruiken. Zo kun je dus naast een matige steen plots ook toegang krijgen tot een sterke of stabiele steen. Als bijkomend voordeel geeft iedere ally je ook nog eens één of twee stappen extra bij iedere worp.
Een beperkt feestje
Naast de nieuwe dobbelstenen en allies, maken ook de items weer hun opwachting. Items zijn er in twee soorten: items die jou helpenof die je tegenstander dwarsbomen. Denk daarbij aan de normale en gouden paddenstoel om je extra stappen te geven, maar ook de giftige paddenstoel om er bij een tegenstander twee stappen af te halen. Hoewel de meeste items een leuke toevoeging zijn, kun je over sommige de vraag stellen of ze hun doel niet voorbij schieten. Zo kun je voor een paar muntjes de nieuwe gouden pijp kopen, die je meteen richting de ster stuurt. Een wel erg makkelijke oplossing om aan een ster te komen.
Dit alles vecht je natuurlijk uit op verschillende borden, ieder met zijn eigen stijl. Ik was wel lichtelijk teleurgesteld toen ik tot de conclusie kwam dat er maar vier borden in heel Super Mario Party zitten, die bijna allemaal ook nog erg klein aanvoelen. Vooral bij Megafruit Paradise en Kamek’s Tantalizing Tower is dit een probleem, omdat ze al snel gaan vervelen.
Niet dat je heel lang op een bord zit: in Super Mario Party heb je enkel de keuze uit 10, 15 of 20 rondjes. Een marathon van 50 rondjes, zoals je vroeger nog kon doen, is er dan ook niet meer bij. Dat zorgt ervoor dat je maar weinig kansen krijgt om sterren te verzamelen of de draak te steken met je medespelers. Nintendo’s oplossing hiervoor om onder andere sterren voor tien muntjes beschikbaar te maken, zorgen er dan ook vooral voor dat Super Mario Party meer op skill aankomt dan op geluk. Iets wat vroeger wel anders was, waardoor ik dus nog altijd terugverlang naar de klassiekers…
Tijd om te roeien
Om extra duidelijk te maken dat de standaard Mario Party-modus niet de hoofdfocus was van Nintendo in deze game, heeft de Japanse gigant verschillende andere modi in de game gestopt om je bezig te houden. Zo is er Partner Party, waarbij je in twee teams van twee speelt om de meeste sterren te halen. Daarbij loop je niet over vooraf uitgestippelde routes, maar kies je zelf welke richting je op gaat, afhankelijk van het aantal stappen dat jouw team gooit.
In Sound Stage draait alles om een goed gevoel voor ritme. Alle ritmische minigames staan centraal en het is de bedoeling in enkele games zo veel mogelijk punten te halen. In River Survival stap je met heel je groep in een rubberboot om een lange rivier af te roeien en in de tussentijd minigames te spelen. Hiermee verdien je tijd, die je nodig hebt om de verschillende obstakels te overleven en het einde te halen. Het leuke aan deze modus is dat je ook nog moet samenwerken, aangezien het besturen van de boot coördinatie vereist van je hele groep.
In je eentje kun je aan de slag met de Challenge Road zodra je alle minigames hebt vrijgespeeld. Hierin loop je over een lange weg, waarbij je 80 verschillende minigames voorgeschoteld krijgt. Jouw taak is om ze allemaal te voltooien en het einde van de weg te bereiken. Unieker is Toad’s Rec Room, waarbij je twee Switches nodig hebt. Hierin krijg je vier minigames voorgeschoteld die verdeeld zijn over de twee consoles, zoals bijvoorbeeld een minigame waarbij je in kleine tanks elkaar moet uitschakelen. Het slagveld loopt echter door over beide schermen, waarbij de vorm van het slagveld iedere keer anders is door de manier waarop je de twee consoles naast elkaar legt.
Feesten doe je offline, niet online
De laatste modus is Mariothon, eentje die ik er even los wil uitlichten, omdat dit misschien wel de grootste teleurstelling is in Super Mario Party. In deze modus is het de bedoeling om in verschillende minigames zoveel mogelijk punten te verzamelen en als winnaar uit de bus te komen. Nintendo wil het over laten komen als een heuse marathon, maar een aaneenschakelijk van vijf minigames is nauwelijks een sprint te noemen, laat staan een marathon.
Om olie op het vuur te gooien is dit ook nog eens de enige modus die online gespeeld kan worden. Inderdaad: wanneer je even geen vrienden in je directe omgeving hebt om mee te spelen, maar wel online vrienden hebt die ook over Super Mario Party beschikken, kun je alleen maar een reeks van vijf vooraf geselecteerde minigames doen. Een flinke teleurstelling voor mensen die hoopten op de mogelijkheid om gezellig een uurtje met vrienden over het bord te wandelen en een gemiste kans voor Nintendo.
Voor elk wat wils
Hoe je het ook wendt of keert: Super Mario Party zal het op feestjes altijd goed doen. Met in totaal 84 verschillende minigames (inclusief de vier uit Toad’s Rec Room) is er voldoende variatie te vinden. Of je nu vlees staat te bakken, moet fietsen op een te kleine fiets of een paal in moet klimmen, er zal genoeg gelachen worden. De vrijere insteek van de game laat dit op alle fronten toe, vooral met de kortere duur van de Mario Party-modus.
Waar de game echter tekort schiet, is op de avonden dat je met vier vrienden op de bank lol wilt hebben. Het lage aantal borden en de kortere potjes zullen er al gauw voor zorgen dat er naar andere games met meer content wordt gegrepen. Vooral wanneer Super Smash Bros Ultimate later dit jaar in de winkels ligt, zal Super Mario Party bij veel snel stof gaan vangen.