Splatoon – De verrassing van Nintendo
De grote verrassing van Nintendo tijdens de E3 was Splatoon. Niet alleen is het een nieuw IP van Nintendo (iets wat niet zo vaak meer voorkomt), het is ook een poging van het bedrijf zich te mengen in de alsmaar groeiende markt van vierspeler-co-opgames. Het is verrassend om te zien hoe goed en origineel het is aangepakt voor een bedrijf dat dit concept voor de eerste keer tackelt. Als Nintendo het goed speelt, kan dit dé online-game worden voor de Wii U. Dat is vooral mogelijk, omdat de game een singleplayer, local multiplayer en een online multiplayer heeft.
Ik denk dat ik niet de enige was die met enige scepsis aan game begon, nadat we met z’n allen in de richting van de Splatoon-pods waren gedirigeerd. Nintendo deed zijn best om de game zo goed mogelijk te pluggen, iets wat misschien niet eens nodig was. De game speelt lekker en maakt volop gebruik van de mogelijkheden die alleen de Wii U biedt. Grafisch valt de game een tikkeltje tegen, maar dat wordt goedgemaakt met een eigenwijze en uitgesproken stijl.
In Splatoon draait het om een oorlog tussen verschillende kleuren Inklings: wezens die zowel de vorm van een mens, als van een inktvis kunnen aannemen. In elke match is het de bedoeling om zoveel mogelijk delen van de map te bekladden in jouw kleur. Hoe meer je beklad, hoe meer punten je krijgt en hoe meer punten je krijgt, hoe sterker je wapen wordt. Daarom is het goed jezelf te verdedigen door meer schade aan te richten op het vijandelijke team, of in een hoger tempo meer te bekladden. De inkt die je rondspuit is niet alleen belangrijk voor het eindresultaat, je hebt het ook nodig om verder te komen. Je kan als Inkling in een inktvis veranderen om jezelf in de inkt te verstoppen waardoor je sneller kunt voortbewegen. Naast het feit dat je sneller bent, is het ook nodig om je inkt bij te vullen. Hierdoor is het niet alleen handig, maar essentieel!
De besturing kostte wel wat tijd om aan gewend te raken. Zeker voor iemand als ik, die in het begin altijd moeite heeft met controls. De besturing is grotendeels wat je kan verwachten bij een third-person shooter, maar door middel van de Gamepad wordt het toch iets ingewikkelder. De linker- en rechterstick worden zoals altijd gebruikt voor het bewegen van je personage en de camera, maar dit keer is de rechterstick alleen voor de camera. Je moet de Gamepad actief gebruiken en gebruiken om te richten. Dit kostte mij veel moeite en regelmatig was ik als een idioot tegen de muur aan het schieten, vloekend op mijn Inkling die niet deed wat ik wilde. De mensen die ik sprak (en zelfs de Nintendo-spreekpop naast mij) gaven toe dat ze zichzelf er ook regelmatig op betrapte. Het is niet iets wat de game breekt: het is een kwestie van wennen en kan een extra dimensie geven aan de game als het juist wordt geïntegreerd. Een van de PR-mensen van Nintendo wist me te verzekeren dat de optie om niet met de Gamepad te richten in de uiteindelijke versie te vinden zal zijn. God zij dank.
De versie die ik speelde bevatte alleen de “beklad alles met zoveel mogelijk inkt”-modus, maar te verwachtten is dat de game ook de standaard dingen als Deathmatch krijgt. Met een paar vrienden op de bank of via internet, kan dit absoluut een toppertje worden voor de Wii U. Toegegeven: Nintendo heeft hiermee niet het wiel opnieuw uitgevonden, maar de game is goed speelbaar en de grafische stijl spreekt aan. Met wat extra modes, diversiteit en toffe mogelijkheden voor jou en je vrienden zou dit zomaar de GoldenEye voor de Wii U kunnen worden.