Na de aankondiging van Battlefield 1 liet de uitvoerende vice president van EA, Patrick Söderlund, al snel weten waarom hij aanvankelijk zijn vraagtekens zette bij de gekozen setting. Söderlund gaf namelijk niets om de loopgraven, waar de Eerste Wereldoorlog vooral om bekend staat. EA’s CFO, Blake Jorgensen, was er meer bang voor dat veel gamers niet eens afwisten van de Eerste Wereldoorlog.

Gedurende de Bank of America Merrill Lynch 2016 Global Technology Conference gaf Jorgensen te kennen dat er behoorlijk gedebatteerd werd binnen EA over de setting van Battlefield 1.

De Eerste Wereldoorlog, we waren bang dat een hoop van de jongere gamers niet eens zou afweten van de Tweede Wereldoorlog of Vietnam, dus de Eerste Wereldoorlog…

De setting werd uiteindelijk ook pas goedgekeurd toen ontwikkelaars diverse argumenten wisten te presenteren die de topmannen op andere gedachten brachten. Jorgensen legde uit hoe ze uiteindelijk zijn gaan inzien dat de Eerste Wereldoorlog wel een een heel interessante setting zou kunnen zijn.

Ik denk dat veel mensen niet weten over de Eerste Wereldoorlog dat er gedurende de oorlog een behoorlijke verschuiving in technologie ontstond. Mensen begonnen de oorlog te paard en eindigden de oorlog in vliegtuigen, tanks, slagschepen en onderzeeërs. Dat geeft ons een hoop mogelijkheden om daar een game omheen te ontwikkelen.

De setting biedt ook topografisch veel mogelijkheden voor EA en DICE, gezien de oorlog zich manifesteerde in een groot deel van Europa. In de trailer was al duidelijk te zien dat Battlefield 1 zich dan ook in een behoorlijk divers landschap zal afspelen, van stedelijke omgevingen tot woestijnvlaktes.