De bizarre wereld van streamende gamers

archief
Pixel Vault op 20 januari 2020
De bizarre wereld van streamende gamers

Het is vandaag de dag de normaalste zaak van de wereld om te kijken naar streamende gamers. Zijn het niet professionals die het tegen elkaar opnemen, dan is het wel iemand die voor zichzelf zit te spelen en daar commentaar bij geeft. Hoe dan ook, bijna iedere gamer kijkt. Behalve ik. Tot aan vandaag had ik nog nooit eerder naar een dergelijke stream zitten kijken. Graag deel ik dan ook mijn eerste ervaring in de wereld van Twitch, Ustream, YouTube en de streamende gamer.

Het is vrijdagmiddag en via het alom bekende NeoGAF beland ik op de pagina van een Twitch-streamer genaamd Bananasaurus Rex. De titel van de stream leest ‘Spelunky speed runner’, maar al snel heb ik door dat hier iets anders gaande is. Hij speelt wel Spelunky, maar van snelheid is geen sprake. In plaats van een speed run, kijk ik naar een man die zich uiterst zorgvuldig een weg baant door de willekeurig gegenereerde levels die de game rijk is. Hij had in het eerste level al een plasma gun gevonden, en in het tweede een jetpack: de twee beste items uit het spel. Hij zegt bezig te zijn een nieuw wereldrecord qua score neer te zetten; een bericht wat over het internet vliegt als een heet vuurtje. Met de minuut stromen er nieuwe kijkers binnen, waaronder ik dus.

Als totaal onbekende van het spel probeer ik te ontrafelen waar hij nou eigenlijk mee bezig is, zonder veel succes. De basis heb ik snel door: niet doodgaan, maar de wijze waarop hij verschillende termen en tactieken naar mij toe sneert, fascineert me. Dit is niet zomaar een 2D-platformertje, dit gaat veel dieper dan het op het eerste gezicht lijkt. Langzaam groeit bij mij de realisatie hoe knap het eigenlijk is wat deze man doet. Het is te vergelijken met een Olympische sporter, maar in plaats van lichamelijke inspanning excelleert hij in reactievermogen. Terwijl hij mondjesmaat progressie boekt richting zijn moment van ultieme glorie, dwalen mijn gedachtes af. Hoewel dit mijn vuurdoop is in het kijken naar een aan gaming gerelateerde stream, zijn er miljoenen mensen die dit dagelijks doen. Maar waarom?

Het is een opkomende trend van de afgelopen jaren: kijken naar andere mensen die zitten te gamen. Het absolute hoogte- (of diepte) punt is toen enkele weken geleden Zweedse game-streamer Pewdiepie een nieuw record zette met het meest gevolgde Youtube-kanaal. Bijna 23,5 miljoen mensen zijn geabonneerd op zijn video’s, een krankzinnig hoog aantal. Blijkbaar zijn er dus meer mensen geïnteresseerd in een (naar mijn inziens) mentaal beperkte mafkees, die niks beters doet dan krijsen in een microfoon, dan bijvoorbeeld muziek-, sport- of nieuws-kanalen.

Aan de andere kant tekent dit wel de groei van het medium ‘gaming’. Ik kan niet spreken over vroeger, aangezien ik er toen nog niet was, maar ik kan me nauwelijks voorstellen dat gamen als totaalbeeld op hetzelfde niveau stond als nu. Zo daag ik je uit een jong mannetje te vinden die niet weet wat Minecraft is. Ik zie moeders lopen door een videogame-winkel die volledig op de hoogte zijn van de nieuwste Call of Duty, of zie ik een enorm PS4 logo die prijkt op de reclameborden tijdens de finale van de Champions League. Het zijn enkele simpele voorbeelden van tot welke vormen van acceptatie onze industrie de afgelopen jaren is gegroeid.

Maar ik kan me niet ontkoppelen aan de gedachte dat het streamen van games hier een grootse invloed op heeft gehad. Wij westerlingen zijn slechts amateurs als je ons legt naast de Aziaten. Sinds jaar en dag zijn daar e-sports de normaalste zaak van de wereld. Professionele gamers gaan daar door het leven als popsterren. Mensen komen daar massaal samen om te kijken naar potjes Starcraft. Het Amerikaanse Blizzard koos zelfs die locatie om in 2007 de nieuwe Starcraft te onthullen. Wij westerlingen hebben League of Legends, dé e-sport van het moment. Met prijzenpotten van boven de miljoen euro, absoluut de meest lucratieve game om goed in te zijn. Althans, op competitief niveau. Ik ben ervan overtuigd dat er mensen zijn die veel meer geld verdienen door te gamen: de entertainers. De figuren die een camera zetten op hun smoel en commentaar geven op wat ze doen. Hoeveel geld zal Pewdiepie verdienen, met zijn 23,5 miljoen kijkers? Ik doe het ervoor. Naast hem zijn er nog duizenden anderen die hetzelfde doen. En op een lager niveau nog eens honderdduizend. En daaronder nog eens een miljoen die het doen voor hun plezier. Het is niet alleen een markt waar mensen hun brood mee verdienen, maar ook een subcultuur in ons geliefde gaming. Ik ben ervan overtuigd dat vele van deze kijkers niet- tot nauwelijks gamen. Die ervaren een game liever door te kijken, gecombineerd met het commentaar van een pro. Of een grappenmaker. Of in het geval van Pewdiepie, een idioot.

Het is inmiddels vrijdagavond en de beste man, wiens stream ondertussen al langer dan zes uur draait, heeft met zijn prestatie zo’n indruk op me gemaakt dat ik meeleef met zijn avontuur; alsof ik naar een spannende voetbal wedstrijd zit te kijken. Ik ben niet de enige. Meer dan vijftienduizend mensen kijken mee. Ook de chat gaat helemaal los. Met regelmaat komen er donaties voorbij die oplopen tot over de tweehonderd dollar. Absurd. Hij heeft inmiddels het laatste level bereikt. Ik vraag me oprecht af wat ik zou doen in zijn situatie. De sociale druk van vele kijkers, het geld dat binnenstroomt. De realisatie dat ik iets unieks aan het doen ben, iets wat niemand anders ooit heeft gepresteerd. De beste man blijft er rustig onder. Hij springt en klimt, brabbelt wat met de mensen uit de chat. Ontwijkt alles wat op hem af komt en blijft er uiterst koel onder. Foutloos knalt hij de laatste eindbaas naar zijn graf en rolt hij door naar de uitgang, waarna hij iedereen bedankt voor het kijken en de donaties die zijn gedaan. Trots kijkt hij nog even naar de leaderboards waar zijn naam hoog bovenaan prijkt, en meldt hij dat hij wat gaat eten. De chat besluit unaniem een andere streamer te gaan ‘raiden’, waar de heer Bananasaurus Rex instemmend mee in knikt, en daarna weer overgaat tot de orde van de dag. Ik blijf verdwaasd achter. Zoiets als dit had ik nog nooit meegemaakt.