Revisited: Skyrim – Fus Ro Dah is ‘ie weer
Deze week is het feest bij Pixel Vault: we bestaan vijf jaar! Reden genoeg voor een lading aan artikelen, waaronder een hoop terugblikken op games uit 2011, het jaar van onze oprichting. Een titel die in dat geval natuurlijk niet mag ontbreken is het langverwachte vijfde deel in de Elder Scrolls-serie: Skyrim. Tot op heden nog steeds een persoonlijke favoriet die ik van tijd tot tijd opstart om terug te keren naar de meest noordelijke provincie van Tamriel.
Het mooie aan Skyrim is dat de game prima op te starten is tussen al het hedendaagse triple-A-geweld. De game heeft, vooral op de pc, de tand des tijds geweldig weten te doorstaan. Dit is te danken aan de enorme hoeveelheid mods die er te vinden zijn. Je kunt het zo gek niet bedenken of er is een mod voor. Alles is aanwezig om Skyrim aan je eigentijdse behoefte te laten voldoen. Of dit nu gaat om een likje verf, wat strakkere vormgeving, meer bebossing, extra geluidseffecten of een episch gevecht tussen Thomas de vliegende stoomlocomotief en een poedelnaakte Dovahkiin, het is allemaal mogelijk. Ook quest-mods zijn in grote getalen aanwezig, wat het zeker de moeite waard maakt om de lijst weer eens af te gaan en nieuwe avonturen in Skyrim te zoeken.
De kracht van Skyrim zit hem voor mij nog steeds in de wereld, die voor mij, destijds en nog steeds, een geweldig geheel vormen. Het is een wereld die niet per se om jou heen is gebouwd, maar waar jij intreedt en je ding gaat doen, terwijl de NPC’s lekker hun eigen dingen blijven doen en regelen. Om verder te gaan op die NPC’s zaten er allereerst enorm veel in de game, maar ook waren er een hele hoop geweldig uitgewerkt. De immersie was simpelweg geweldig.
Het feit dat je dus helemaal op kunt gaan in de wereld en je eigen plannetje kunt trekken, zorgt er ook binnen de kortste keren voor dat je de draken wel even op je laat wachten. Je kruist namelijk vrij makkelijk het pad van de verschillende facties en genootschappen die de wereld van Skyrim rijk is en die bieden elk een eigen verhaallijn, verhaallijnen waarvan sommige voor mij persoonlijk nog interessanter waren dan de main story. De Dark Brotherhood is er een die ik nooit zal vergeten en ook de Thieves’ Guild in hun afwateringssysteem in Riften zal me altijd bijblijven. Dit zal grotendeels komen door het combatsysteem dat Skyrim hanteert. Je bent namelijk vrij om te gebruiken wat je wil. Wil je magie gebruiken maar ook een zwaard? De game houdt je niet tegen. In dit geval was ik iemand die het liefst onzichtbaar rondrende met een pijl en boog en die ik dan van tijd tot tijd verruilde voor een tweetal dolken; een assassin-speelstijl die hand in hand ging met de Dark Brotherhood en Thieves’ Guild .
Skyrim heeft intussen nog een drietal officiële DLC’s ontvangen in de vorm van Dawnguard, Dragonborn en Hearthfire. Skyrim barstte van de dieren, insecten, monsters en ander mythisch gespuis. Weerwolven, trollen, reuzen en natuurlijk draken waren dagelijkse kost voor de gemiddelde avonturier in Tamriel, maar in Dawnguard werd daar nog een nieuw schepsel aan toegevoegd en wel de vampier. Het was aan jou de keus om de Dawnguard te versterken of juist deel te nemen aan de partijen en feestjes van de vampieren om uiteindelijk zelf een Master Vampire te worden. In Dragonborn moest je het opnemen tegen een opgestane Dragon Priest. Gek genoeg moeten die gasten die in games opstaan uit de dood altijd wel een smerig plannetje voor ogen hebben. De laatste DLC gaf je de mogelijkheid om je eigen huis te bouwen op specifieke stukken grond, maar er zijn genoeg mods die My Crib-waardige appartementen en woonboten aanbieden waar de DLC niet tegenop kan.
Skyrim is dan wel een aantal jaartjes oud, maar wordt nog steeds door velen, met name de pc gamer, dagelijks gespeeld. De game is tijdens de sale voor een prikkie op te pikken en de mods zijn uiteraard gratis. Een kaartje voor een nieuw bezoekje aan Tamriel is dus binnen handbereik, tenzij… “I used to be an adventurer like you, but then I took an arrow to the knee.”