Je hebt de naam ‘OUYA’ de laatste tijd misschien al wel gehoord: een console voor nog geen 100 dollar dat open-source moet gaan zijn en zo voor iedereen beschikbaar moet gaan worden. Je zou het een frisse wind door de industrie kunnen noemen, want nu ook ontwikkelaars als Robert Bowling (voorheen nog werkend bij Activision) zich achter het apparaat gaan scharen, lijkt het snel vaart te krijgen. Maar zit de industrie wel te wachten op een dergelijke frisse wind?

Het principe van OUYA is vrij simpel: een kleine, compacte console dat moet gaan zorgen dat games voor iedereen beschikbaar kunnen worden. Het apparaat wil zich onderscheiden door amper ruimte in te nemen en te werken op een bestaand systeem: Android. Dit houdt dus in dat ook alle games die voor Android tot nu toe zijn verschenen zullen werken op OUYA en je een vrachtlading aan games tot je beschikking hebt die allemaal niet meer kosten dan een paar euro. Maar in plaats van dat je ze op je mobiele telefoon speelt met lastige controls, speel je ze nu thuis op je tv met een speciaal ontworpen controller.

Het klinkt allemaal heel rooskleurig en ondanks dat het er in de video allemaal leuk en aardig uit ziet, heb ik toch een aantal vraagtekens bij het apparaat. Want games die zijn ontwikkeld op Android zijn gericht op een specifiek formaat: smartphones en tablets, die een grootte van maximaal 10 inch hebben. En dus niet gericht op tv’s in de formaten van 40 inch en groter. En wie zit er nou te wachten op games die meer dan vier keer zijn uitgerekt, terwijl je voor een paar tientjes meer een Full HD console tot je beschikking hebt?

Daarnaast hebben tablets en smartphones nog een voordeel tegenover televisies: directe feedback op je touchscreen. Het is ideaal dat wanneer je een game als Angry Birds speelt op je telefoon, dat je meteen kan zien hoe je vogel zal vliegen aan de hand van hoe je vinger ligt. Wanneer je naar OUYA’s controller kijkt, die ook een touchpad zal hebben in het midden van de controller, zal je niets op het touchpad zien; je zal continu je aandacht moeten hebben op de tv, terwijl je met je vingers moet zien te richten. Voor velen een taak die niet al te makkelijk zal zijn.

En nu zal je misschien denken: “Maar wij gamers hebben daar toch helemaal geen problemen mee?” Dat klopt inderdaad, maar dit apparaat is dan ook niet op de gamer gericht. PC World noemde het al “de gameconsole voor de 99 procent”, waarmee ze bedoelen dat het voor iedereen beschikbaar is, ook voor non-gamers. Want dat zal waarschijnlijk een belangrijke doelgroep zijn voor OUYA: mensen die nog niets aan gameconsoles hebben staan in huis, maar toch iets willen proberen.

Kort gezegd: ik ben nog niet zeker over de toekomst van de OUYA. Het idee is leuk, maar de vraag is of iedereen er wel op zit te wachten. Vooral aan de kant van de ontwikkelaars die zich jaren lang op de ‘normale’ consoles hebben gericht blijft het nog angstvallig stil. Want waar zij voorheen nog 60 euro voor een nieuwe game konden vragen, lijkt er nu niet meer dan 99 cent over te blijven. En welke ontwikkelaar zit daar nu op te wachten?